Het verhaal van een 70-jarige vrouw uit Hank is een treffend voorbeeld van de uitdagingen waarmee huurders en verhuurders in Nederland geconfronteerd worden wanneer er sprake is van illegale activiteiten binnen een huurwoning. De Nederlandse wetgeving staat al jaren onder druk om beter om te gaan met hennepkwekerijen, aangezien deze vaak leiden tot problemen in woonwijken, zoals stankoverlast en een verhoogd risico op brand. Het kweken van hennep is alleen onder strikte voorwaarden legaal, maar helaas worden deze regels regelmatig overtreden. In dit specifieke geval heeft de rechter geoordeeld dat, ongeacht de persoonlijke omstandigheden van de huurder, de belangen van de woningcorporatie voorop dienen te staan om herhaling en precedentwerking te voorkomen.
In mei vond de inval plaats in de woning van de vrouw, waar de wijkagenten op de zolder en in twee slaapkamers in totaal 659 hennepplanten ontdekten. De betreffende ruimtes waren professioneel uitgerust met alle benodigdheden voor hennepteelt, zoals isolatiefolie, ventilatoren, speciale lampen en een geavanceerd afzuigsysteem. Tegenover de rechter verklaarde de vrouw niets af te weten van deze illegale kwekerij.
Hoewel haar verklaring serieus werd genomen door de rechtbank, kon dit haar niet vrijwaren van verantwoordelijkheid. Volgens de rechter blijft de huurder ten alle tijden aansprakelijk voor wat er in haar huis gebeurt, zelfs als zij daar niet aanwezig is. Dit is in lijn met het huurrecht, dat stelt dat de huurder zorg moet dragen voor de woning en dat het toelaten van illegaal gebruik daarvan een contractbreuk betekent.
De vrouw had vanaf het begin van het jaar regelmatig in het ziekenhuis en revalidatiecentra verbleven. Tijdens haar afwezigheid had haar kleinzoon een sleutel van haar woning gekregen om te zorgen voor haar planten en huisdieren. Hij gaf toe dat hij in april begon met de voorbereidingen voor de hennepkweek, en in mei konden de planten bloeien.
Volgens de woningcorporatie overtrad de vrouw de bepalingen van haar huurcontract door te gedogen dat er hennep werd geteeld in haar woning. Ondanks het feit dat het vonnis voor de vrouw verstrekkende gevolgen heeft, bleef de rechter bij zijn beslissing: de vrouw moet dringend haar woning verlaten.
De rechtbank benadrukte het belang voor de verhuurder om streng op te treden bij gevallen van illegale activiteiten zoals hennepteelt, om de integriteit van de woningvoorraad te beschermen. Het toelaten van uitzonderingen zou immers ongewenste precedenten scheppen en het beleid ondermijnen. Daarom moet de vrouw binnen twee weken haar sleutels inleveren en de proceskosten die oplopen tot 1200 euro voldoen.
In de tussentijd heeft de vrouw onderdak gevonden bij een van haar dochters, wat van invloed was op de beslissing van de rechter. Gezien het feit dat ze niet direct dakloos zou zijn, werd er besloten dat de uithuiszetting geen verdere vertraging behoeft.
Ondanks de complexiteit van de zaak, waarin persoonlijke omstandigheden en wettelijke bepalingen met elkaar botsen, toont het voorval aan dat de huurder definitieve verantwoordelijkheid draagt voor wat er plaatsvindt in haar gehuurde woning. Terwijl het kweken van hennep met enige regelmaat voorkomt in huurwoningen, blijft het een problematisch issue binnen woonwijken. In andere delen van Nederland, zoals Hellevoetsluis, zijn stank en andere vormen van overlast door vergelijkbare activiteiten regelmatig voorpaginanieuws.
In deze gevallen blijft het van essentieel belang dat verhuurders en autoriteiten nauw samenwerken om efficiënt op te treden tegen illegale plantages en om herhaling te voorkomen. De balans tussen medemenselijkheid en handhaving is delicaat, maar noodzakelijk voor een veilige en aangename leefomgeving voor alle betrokkenen. Het is cruciaal dat huurders zich ten volle bewust zijn van hun verantwoordelijkheden en dat er duidelijke communicatie plaatsvindt tussen huurders en verhuurders om dergelijke situaties in de toekomst te vermijden.